TIJD VOOR DE ANARCHIE

OVER ENIGE MISVERSTANDEN ROND ANARCHISME

Weia Reinboud 1991

ISBN 90-73034-04


 

Dit boekje gaat over anarchisme. Over wat anarchisme volgens mij niet is, en over wat het wel zou kunnen zijn. Over anarchisme dat, als je het mij vraagt, het vrolijkste isme is wat er is.
Het is geen volledige handleiding, geen verzameling dogmas, geen poging om Het Wetenschappelijke Anarchisme uit de doeken te doen. De meningen die in dit boekje in een min of meer hak op de tak volgorde aan bod komen, zijn steeds mijn persoonlijke meningen, hoewel het gelukkig wel zo is dat discussies met anderen heel wat bijgedragen hebben.
Het aantrekkelijke van anarchisme laten zien kan op minstens 3 manieren.
De eerste is simpelweg zeggen: kies voor anarchisme want dat doe ik ook, en ik doe dat omdat anarchisme zo goed bevalt. Deze in de reclame gebruikelijke manier van iets aanprijzen zegt ongeveer niets. Want mensen die andere ismes dan anarchisme aantrekkelijk vinden, zullen pas van hun eigen isme afstappen zodra ze dat eigen isme niet meer aantrekkelijk vinden, en genoemde reclameboodschap bevat gewoonweg te weinig om ze hun isme onaantrekkelijk te doen vinden.
De tweede manier om anarchisme aan de mens proberen te brengen is dan ook: een hoop uitleg geven over wat anarchisme inhoudt, en wil. Zal zoiets werken, werven? Dat hangt er maar van af. Het uitleggen van een isme gebeurt meestal met gebruikmaking van de speciale woordenschat van dat isme, en dat leidt over het algemeen tot redeneringen die maar beperkt geldig zijn: slechts degenen die al anarchisties zijn begrijpen waarom bepaalde redeneringen het aantrekkelijke van anarchisme laten zien. Aan iets wat alleen door de eigen parochie begrepen wordt heb je natuurlijk weinig. (Wat ik hier beweer geldt overigens voor alle ismes. Het is gewoon zelden het geval dat iedereen alles begrijpt wat door anderen beweerd wordt. Bijna iedereen praat voortdurend voor de eigen parochie, en de andere parochies halen hun schouders op. Voor een deel omdat ze de anderen niet horen willen, voor een belangrijk deel ook omdat ze de anderen niet begrijpen, en zelfs niet begrijpen kunnen doordat die anderen een andere taal spreken.)
De derde manier bestaat uit het presenteren van lekkernijen die niet alleen door anarchistiese mensen lekker gevonden worden. Vanwege dat smaken verschillen zal dat niet altijd gemakkelijk zijn, maar toch kan het de moeite waard zijn om pogingen te doen.
Dat waren de drie manieren om het aantrekkelijke van anarchisme te laten zien. Het zal duidelijk zijn welke van die manieren ik zelf in deze brochure wil gebruiken. Ik doe dat dan door enige vragen en stellingen op te werpen die hopelijk de gedachten prikkelen. Vooral zal ik iets zeggen over allerlei misverstanden die rond anarchisme leven. Zowel de misverstanden die bij niet-anarchistiese mensen leven, als misverstanden die (ook) binnen anarchistiese kringen te vinden zijn.
Ik schrijf alles nogal compact op. Enerzijds om het boekje dun te houden, anderzijds omdat ik niet altijd van uitgebreid voorkauwen houd. Anarchisme vereist dat mensen zelf hun hersenen gebruiken, en hoewel zelfstandig nadenken niet iets is wat je op school geleerd wordt, ga ik er met mijn schrijfstijl toch al van uit dat het geschrevene overdacht wordt. Neem niets klakkeloos aan, maar ook: verwerp niets zomaar.
Als slot van de inleidende zinnen is hier stelling 1: praten over het anarchisme kan niet. Er zijn, net als bij andere ismes, volop aparte strominkjes. Sommige stroompjes stromen zelfs de andere kant op dan de andere! Ik zou natuurlijk kunnen proberen om steeds al die stroompjes voor het voetlicht te halen, maar ik doe dat niet. Ik verwoord het beste wat ik het beste ken, en dat is mijn eigen vorm van anarchisme. Andere zich anarchisties noemende mensen zullen zich, denk ik, niet altijd kunnen herkennen in wat ik schrijf, maar hopelijk maakt dat ze niet blind voor het eventueel nieuwe, prikkelende dat in dit boekje te vinden is.
Dan nu echt beginnen.
Dictatuur is dat een zeer klein aantal mensen bepaalt wat iedereen doet. Demokratie is dat de meerderheid bepaalt wat iedereen doet. Het ligt voor de hand om de vraag op te werpen of het mogelijk is samen te leven op een manier waarbij veel meer dan de meerderheid bepaalt wat iedereen doet. Wat ik daarvan vind zit in stelling 2: anarchisme beweert dat het mogelijk is dat iedereen bepaalt wat iedereen doet.
Dat in een dictatuur bijna iedereen ontevreden is spreekt voor zich. Doordat in een demokratie veel meer mensen tevreden zijn dan in een dictatuur wordt een demokratie beter gevonden. Ook dat spreekt voor zich. Daaruit volgt echter niet dat een demokratie het einde is. Je kunt nog meer willen - maar niet iedereen vindt dat voor zich spreken. Bij het aantrekkelijk maken van anarchisme zal daarom enige aandacht besteed moeten worden aan het begrip demokratie.
stelling 3: bij het opsommen van de voordelen van de demokratie gaat het altijd om het vergelijken van demokratie en dictatuur. Dank je de koekoek dat demokratie dan gunstig uit de bus komt. stelling 4 zet dat dan ook recht: alle voordelen van de demokratie spreken natuurlijk in het voordeel van alles wat beter is dan dictatuur.
Maar hoe zit het met de nadelen van de demokratie? En zijn er binnen het demokratisisme niet ook vele stromingen? Zeker, zeker. Kijken naar hoe hier het bedrijfsleven georganiseerd is leidt tot stelling 5: iets kan blijkbaar al een demokratie genoemd worden wanneer een fors deel van het leven, het bedrijfsleven bijvoorbeeld, niet-demokraties ingericht is, wanneer er dus nog allerlei trekken van dictatuur aanwezig zijn. Ik zou verwachten dat demokratisisten pas tevreden zijn wanneer werkelijk alles in het leven niet meer dictatoriaal in elkaar zit, maar blijkbaar vergis ik me. (Dat geeft niet want ik was toch al voor iets leukers dan een demokratie.)
In dictaturen zie je bij de mensen naast verzet ook veel apathie. Het heeft immers weinig zin om veel na te denken over hoe je je leven in wilt richten want steeds leggen anderen je op hoe je te leven hebt. Steeds plannen maken die toch nooit uitgevoerd kunnen worden, dat kan gaan vervelen, kan vervelend gaan voelen.
En hoe zit dat in een demokratie? Bezie een echte demokratie, eentje die een stuk beter is dan de huidige demokratien, eentje waarin alles demokraties geregeld wordt. Ook dan nog geldt stelling 6: in demokratien hebben alle besluiten altijd iets middelmatigs. Want als de meningen over een onderwerp verdeeld zijn, dan kan er nooit een meerderheid gevonden worden voor een erg van het gemiddelde afwijkende mening. Dit heeft voor- en nadelen, wat in het vervolg wel zal blijken.
Wanneer ergens iets nieuws, iets vooruitstrevends, bedacht wordt dan is dat nieuwe in presies 1 hoofd aanwezig. Bij doorvertellen zal het nieuwe steeds door de mensen die het voor het eerst horen even geproefd moeten worden, even overdacht. Er zal gekeken moeten worden of het nieuwe past bij degene die het te horen krijgt. Dit overdenken kost tijd, en als gevolg daarvan kan iets nieuws nooit snel de wereld over gaan. Dat is onvermijdelijk, en of je dat leuk vindt of niet doet niet eens ter zake. Een gevolg van het zich min of meer langzaam verspreiden van iets nieuws is dat je steeds verdeelde meningen zult zien wanneer je om je heen kijkt. Enkelen hebben vooruitstrevende ideen, enkelen hebben achteruitstrevende ideen, en de rest zit er ergens tussen in.
Daaruit volgt dat in een demokratie een meerderheidsbesluit altijd tot ontevredenheid bij minstens n van de vleugels zal moeten leiden. Die ontevredenheid kan leiden tot verzet, maar ook kan er, net als bij de dictatuur, apathie ontstaan. Als je steeds nieuwe dingen bedenkt en ze leiden nooit snel tot een meerderheidsbesluit en/of ze dringen uitsluitend in verwaterde vorm bij de meerderheid door, dan kan dat gaan vervelen en tot een vervelend gevoel leiden. Voor degenen die de nieuwe dingen bedenken kan een demokratie dan ook voelen als dictatuur van de meerderheid. Wederom leidt dit tot de opmerking dat demokratie en dcktatuur meer op elkaar lijken dan de meeste demokratisisten door hebben. Kan het niet beter?
Dictatuur is: er wordt altijd geheerst. Daartegenover staat: er wordt nooit geheerst. Er tussen in zit: er wordt soms wel en soms niet geheerst. Bij dat er wordt nooit geheerst kan je aan van alles en nog wat denken. Het gaat van volledig langs elkaar heen leven (een vorm van egosme, een vorm van geen rekening willen houden met anderen) tot het tegendeel daarvan. Een vraag die me bezig houdt is wat dat tegendeel zou kunnen zijn. Volledig altrusme? Anarchisme? Een mooie vorm van liberalisme?
Liberalisme komt hier niet zomaar om de hoek kijken. Liberalisme en demokratie worden dikwijls een tweeling gevonden. Bovendien heeft liberalisme het veel over vrijheid. Net als anarchisme. Hoewel de door huidige liberalen meest genoemde soort vrijheid de vrijheid van ondernemen (en daarmee van uitbuiten) is, kan het toch zo zijn dat er liberalistiese stromingen bestaan die tot een vrolijker wereld leiden. Er zijn in het verleden liberalistiese partijtjes geweest die voor eenzijdige ontwapening waren, en voor andere niet zo rechts klinkende dingen. En een klassiek liberale verwoording van waar het bij vrijheid om draait is: de vrijheid van de een eindigt waar die van een ander begint. Dat klinkt niet naar uitbuiten en wel naar altijd rekening houden met anderen. Nietwaar? Inderdaad: niet waar. Ik heb in Hoe komen kringen in het water een aantal bladzijdes geschreven over hoe ver de liberalistiese en de anarchistiese opvattingen over vrijheid uit elkaar liggen. Ik ga dat hier niet herhalen. Leven volgens de vrijheid van de een eindigt waar die van de ander begint kan tot een hele verbetering van de toestand van de wereld leiden, maar mijn konklusie in kringen was dat er in die liberalistiese opvatting toch iets zit wat haaks staat op wat mij wenselijk lijkt.
De gewone demokratiese liberalen en andere demokratisisten, waarom heersen die soms? Waarom houden ze soms geen rekening met anderen? Het voordeel daarvan is heel eenvoudig aan te geven: op het moment dat er iets heel vervelends, iets walgelijks dreigt te gebeuren dan kan je dat door middel van een verbod met bijbehorende dwang de kop in drukken. Een voorbeeld zie je bij de kwestie of vrijheid van meningsuiting ook geldt voor het uiten van (neo)fascistiese meningen. Een echt liberalisties antwoord zou volgens mij ja moeten zijn, maar in de demokratiese praktijk is het antwoord vaker neen. Met als voordeel dat je niet veel fascistiese teksten onder ogen kunt krijgen. Leve de demokratie. Of niet?
Het lijkt er op dat de mensen van het er wordt nooit geheerst niets kunnen uitrichten tegen fascistiese schrijfsels (om even bij dat voorbeeld te blijven). Alleen uit het vel springen van kwaadheid.
Kwaadheid heeft nogal eens geleid tot het plaatsen van bommen en tot andere gewelddadigheden. Maar dat zijn vormen van geen rekening houden met anderen! En daarmee kom ik op misverstand 1: anarchisten zijn bommengooiers. Ik schiet niet veel op met de tegenwerping dat vele vele anarchistiese mensen nooit een bom hebben gegooid en ook niets anders gewelddadigs hebben gedaan. Dat zou het misverstand alleen maar terugbrengen tot: sommige anarchisten zijn bommengooiers, en dat is mijns inziens nog steeds een misverstand.
Het zit volgens mij anders. Anarchieals woord betekent letterlijk geen heerser en slaat dus op een toestand zonder overheersing. Nu lijkt het mij een zeer duidelijk geval van overheersen wanneer je anderen met behulp van een bom naar de andere wereld helpt. En daarom stel ik simpelweg dat bommengooien nooit een anarchistiese daad kan zijn. Misverstand 1 is daarmee geworden tot stelling 7: het kan zo zijn dat mensen het grootste deel van de tijd anarchisties zijn, maar op het moment dat ze een bom gooien zijn ze niet anarchisties bezig. Het anarchisme van de daad (waarbij daad sloeg op bommerij) dat een kleine eeuw geleden in de mode was, hoort wat mij betreft dus niet bij anarchisme. (Deze mening komt neer op: doelen en middelen dienen samen te vallen. Maar daar ga ik niet verder op in.)
Het is jammer dat veel niet-anarchistiese mensen menen dat een uitwas het gezicht van het geheel zou bepalen, maar dat leidt mij niet tot het zoeken van een vervangend woord voor anarchisme. (Libertairisme en vrij-socialisme zijn 2 van die vervangende woorden.) Overigens: wanneer het logies is om door een uitwas het geheel besmet te gaan noemen, dan is het logies om iedere kristen een volkerenmoordenaar te noemen, iedere islamiet een schrijvermoordenaar enzovoorts enzovoorts. Deze logika is de mijne niet.
Hoe sommige zich anarchisties noemende mensen tot bommengooierij zijn gekomen, dat heb ik al gezegd. Stelling 8 vat het samen: anarchisme heeft geen manieren om een dam op te werpen tegen fascistiese schrijfsels en heeft geen manieren om superklieren tegen te houden. Uit je vel springen helpt natuurlijk niet echt! Volgt daaruit dat anarchisme dus een belabberd isme is? Nee. Stelling 9: uit dat anarchisme geen oplossing heeft voor alles volgt niet dat alles van anarchisme geen oplossing is.
Even een puntje op een i. Er is een bepaald soort dwingerig (en sloganig) gedrag van sommige actie-voerenden waarvan ik me afvraag of het een poging is om op geen enkele manier te heersen en tegelijk toch, zonder veel uitleg, bepaalde veranderingen bij anderen te pushen. (Ik heb het hierbij niet over die acties waarbij al dan niet rechtstreeks gevraagd wordt om het verbod van dit of van dat. Daarvan is het zonneklaar dat het geen anarchistiese acties zijn.) Heersen is rechtstreeks dwingen, dreigen met geweld namelijk. Elk ander dreigend of dwingerig doen kan je zien zien als een of andere afleiding daarvan. Is iedere vorm van dreigend doen daarmee een vorm van heersen? Om de discussie te prikkelen zeg ik: ja. (Anders zou ik zeggen: het is een vorm van wanhoop over het per definitie langzame karakter van het verspreiden van gedachten.)
Let wel: ik bedoel in de vorige alinea niet dat je de mensen die (volgens jou) vervelende meningen hebben, dat je die voorzichtigjes zou moeten benaderen. Dat zou de beleefde vorm van rekening-houden-met zijn, en beleefdheid ligt mij niet zo. Maar wel kan je rekening houden met het feit dat je jouw gedachtes niet zomaar in andere hoofden kunt pompen. Het vereist over het algemeen een hoop moeite om uit te vinden hoe een gedachte die bij een ander nooit doorgedrongen is, hoe die wl door kan dringen. Hersenspoelen kan nooit een oplossing zijn, lijkt mij.
In de vorige alineas heb ik het eigenlijk over misverstand 2: activisme is anarchisme. (Activisme slaat hier op het voeren van linkse acties. In het zuidelijke deel van ons taalgebied slaat het woord ook of vooral op rechtse acties.) Hoewel het zo is dat heel wat anarchistiese mensen actief in acties zijn is het omgekeerde niet per se het geval. Lang niet iedere actie is anarchisties, en bij heel wat acties verschijnt naar mijn smaak wat te lichtzinnig een anarchistiese A. Een actie kan volgens mij nooit meer zijn dan een vorm van reclame maken voor een bij velen onbekend idee. Net als bij andere reclame gaat de invloed van een actie niet diep, en zonder een diepergaand vervolg heeft een actie maar weinig zin. (Terzijde: actie voeren en reclame maken kunnen niet echt op 1 hoop gegooid worden. Beide zijn vormen van het uitdragen van een boodschap, maar bij de acties komt die recht uit het hart, terwijl dat bij reclame zelden het geval is. Maar: het latijnse woord reclamare betekende luid uitroepen en luid protesteren. Dat laatste past goed bij actie voeren en niet bij de huidige reclamemakerij!)
Ik ben wat afgedwaald van het schrijven over de nadelen van de demokratie. Als nadeel heb ik genoemd dat demokratiese besluiten altijd iets middelmatigs aankleeft, en ik heb beweerd dat daardoor apathie/denkluiheid een bijwerking van een demokratie kan zijn. Er is nog een nadeel, dat echter niet per se aan iedere vorm van demokratie vast hoeft te zitten.
Dat een dictatuur een totalitair iets is is duidelijk. Dat demokratie ook totalitaire trekken kan vertonen is minder duidelijk. Ik heb het dan over die vormen van demokratie waarin geldt: wat niet toegestaan is is verboden. Heel wat demokraten willen niet alleen voor uitwassen regels bedenken, maar werkelijk overal voor. Gevolg: door regeltjes worden allerlei nieuwe dingen, allerlei experimenten, bemoeilijkt - iets wat ik vrijwel dagelijks ervaar. In zon geval ontmoedigt de (totalitaire) demokratie moedwillig de vooruitstrevende ideen, en dat gaat dus een stap verder dan dat demokratiese besluiten altijd middelmatig zijn. (De demokratie wordt dikwijls liberale demokratie genoemd, maar het lijkt mij dat een echt liberale demokratie nooit de genoemde totalitaire trekjes zou kunnen vertonen. Ik hoor liberalen echter weinig protesteren, dus misschien vergis ik me in hun anti-totalitairheid. Of zij vergissen zich in wat liberalisme kan zijn.)
Van de alles-willen-regelen-neiging van bepaalde demokraten kan ik springen naar misverstand 3: anarchie is chaos, anarchisten zijn chaoten. Eerste commentaar: dat niet-anarchistiese mensen zich alleen maar kunnen voorstellen dat een toestand zonder leiding chaoties zal zijn, dat is kortzichtig. In een toestand mt leiding is het zo dat de leiding bedenkt hoe het moet, en die leiding bestaat uit mensen. Als anarchie chaoties is moet dus ook niet-anarchie chaoties zijn, want dat is blijkbaar des mensen. In ieder geval zie ik niet waarom het een voordeel zou zijn wanneer slechts weinigen (de leiding gevenden) aan nadenken doen.
Verder commentaar: volgens sommigen is het een sterk punt van anarchisme dat ervan uitgegaan wordt dat iedereen denken kan, volgens anderen is dat juist het zwakke punt. Het probleem zit natuurlijk in het bestaan van de mogelijkheid dat temidden van leuke dingen bedenkende (anarchistiese) mensen enkele andersdenkenden de boel kunnen gaan verzieken. De oplossing van niet-anarchisten is om leiding in te stellen, en regels te bedenken, en dwangmaatregelen voor als iets niet lukt. Anarchistiese mensen vinden dat die oplossing van het probleem echter zelf problemen oproept. Grootste probleem is dat dwang mensen weerbarstig en anderszins lastig kan maken. Andere probleempjes zijn de neiging tot apathie, of de neiging alles te verbieden wat niet uitdrukkelijk is toegestaan. In een echt goeie demokratie zijn die neigingen echter veel minder aanwezig of zelfs afwezig, en ik wil anarchisme afzetten tegen die best mogelijke demokratie en niet tegen de belabberde zooi die ik nu voor demokratie uitgekreten hoor worden. Wanneer ik het in het vervolg heb over demokratie bedoel ik dus iets wat (nog) niet bestaat: een samenleving waarin alleen dat verboden is wat volgens de meerderheid kwaadwillend is. Daarbij valt te denken aan: moorden, vrouwen mishandelen, rente vragen (?!), bepaalde bevolkingsgroepen weg willen sturen, zure regen veroorzaken, afval in de natuur dumpen, en nog veel meer. En wanneer ik het over anarchie heb heb ik het over een situatie waarin kwaadwilligheden zonder verbodsbepalingen, als het ware vanzelf, afwezig zijn. Dat vanzelf staat tussen aanhalingstekens omdat vanzelf meestal nog zo vanzelf niet is.
Nog meer commentaar bij misverstand 3: niet-anarchistiese mensen bedoelen met het woord anarchie iedere toestand zonder leiding, terwijl anarchistiese mensen een toestand zonder overheersing bedoelen. Dat is geen subtiel verschil. Want in de meeste gevallen waarin niet-anarchistiese mensen het over anarchie hebben gaat het over gevallen van plundering, burgeroorlog en meer van dat onfrisse. Volgens anarchistiese mensen zijn dat gevallen van overheersing, en die kunnen dus onmogelijk anarchie genoemd worden. Het zou mij een lief ding zijn wanneer de niet-anarchistiese mensen op zouden houden met hun gebruik van het woord anarchie, en dat ze de invulling van dat woord zouden overlaten aan degenen die van anarchie een isme hebben gemaakt!
Verder met het commentaar. Onfrisse chaos past niet bij anarchie, maar bestaat er frisse chaos? Wanneer mensen de chaos in willen duiken moet ze geen strobreed in de weg gelegd worden, maar daaruit volgt niet dat anarchisme chaoties zou meten zijn. Want mensen die zelf willen denken zullen bij voorbeeld ook over samenwerking kunnen denken. Samenwerking kan heel onchaoties zijn, toch?
Hoe kan het dan toch dat inderdaad heel wat anarchisties gedoe chaoties verloopt, en dat sommige zich anarchisties noemende mensen zelfs prat gaan op hun chaotisme? stelling 10: waar strijdige meningen naast elkaar liggen kan gemakkelijk chaos ontstaan. Deze stelling geldt zowel voor als je het hebt over de meningen van verschillende mensen (chaotiese samenwerking kan dan ontstaan) als wanneer je het hebt over de meningen die samen in 1 hersenpan wonen (een chaoties persoon kan dan ontstaan). Je kunt met naast elkaar liggende meningen 3 dingen doen. De autoritaire manier is om iets door te drukken. Je kunt, en dat is de tweede manier, de meningen echter ook naast elkaar laten liggen. Chaos is dan je deel, dat wil zeggen: er gebeurt minder dan je wel zou willen. De derde manier is om uit te zoeken waar de verschillen zitten en vervolgens te kijken of 1 van de naast elkaar liggende meningen de voorkeur verdient.
Ik heb zelf sterk de voorkeur voor de laatste manier. Meningen gewoon naast elkaar laten liggen (en de slome en/of chaotiese situaties die daarbij kunnen horen) ligt me niet zo. Om te prikkelen kom ik dan ook met stelling 11: waar anarchisme en chaos hand in hand gaan is er sprake van een variant van de apathie die veel niet-anarchistiese mensen kenmerkt. Of anders gezegd: ik zie niet waarom denkluiheid bij anarchisme zou horen. Uit de anarchistiese voorkeur voor het zelf denken van ieder mens volgt weliswaar niet dat mensen ook meten denken, maar je kunt best uitdragen dat het geen kwaad kan om volop te denken. In andere verbanden heb ik het al vaker gezegd: richt filosofeerbendes op!
Even een zijsprongetje. Stelling 12: meningen gewoon naast elkaar laten liggen heeft eerder iets met liberalisme dan met anarchisme te maken. Ik word zelf lichtelijk onpasselijk van het veelvuldige je moet anderen respecteren, of het tolerantie is belangrijk, wat je in deze liberale streken zo gauw naar je hoofd krijgt. Anderen vrij laten, ja natuurlijk, vanzelfsprekend, wat wou je anders. Maar daaruit volgt niet dat je in vrijblijvendheid zou moeten schieten. Met dat gerespect en getolereer wordt over het algemeen bedoeld dat je niets mag zeggen over wat anderen doen. Ik begrijp wel dat dat niets mogen zeggen een poging is om autoritair doen te vermijden. Maar ik zie betere methodes. Kritiek geven is niet per definitie hetzelfde als zeggen dat een ander dat en dat moet doen. Dat vaak gedacht wordt dat die dingen wel per definitie aan elkaar zitten lijkt me het gevolg van het leven in een al dan niet openlijk autoritaire omgeving. (En het genoten hebben van een autoritaire opvoeding.) In een niet-autoritaire omgeving echter ligt er altijd de keus tussen ofwel verschillende meningen naast elkaar laten liggen, ofwel over de verschillen te gaan bomen. Geen van beide is autoritair, maar wel leidt de eerste tot meer langs elkaar leven en de tweede tot meer samenleven.
Ik kom zelfs met stelling 13: kritiek de wereld in sturen is de enige manier die anarchistiese mensen hebben om uitwassen als fascisme aan te pakken. Je voorkomt weliswaar met je kritiek niet direkt dat een ander fascistiese gedachtes heeft (maar zelfs fascistiese mensen kunnen veranderen), maar je stuurt wel ideen de wereld in die op zich voorkomen kunnen dat er nog meer fascisme ontstaat. Daarbij is denk ik wel nodig dat je kritiek aan allerlei eisen voldoet - slogans zijn te mager. En daar zit alweer een reden om filosofeergroepen op te richten. Hoe meer je het onderling ergens over hebt, des te beter zul je je kritiek kunnen verwoorden, en des te groter is de kans dat in de toekomst niet weer ontstaat wat je nu zo vervelend vindt. (Waarbij (neo)fascisme natuurlijk maar 1 van de vele voorbeelden is.)
Nog iets naar aanleiding van het eventuele autoritaire van kritiek geven. Laatst zat ik in de trein en daarin was een moeder van 2 kinderen, J en J geheten, vrijwel continu autoritair met die kinderen bezig. De kinderen deden ongeveer niets, en toch was er voor de gespijkerpakte (er dus niet zo rechts uitziende) moeder aanleiding voor een J en J, kom hier zitten, of een J en J, luister naar wat moeder zegt. (Toen ze zei: ik zeg het nog maar 1 keer dacht ik: ha, prima, maar ik denk dat zij iets anders bedoelde...) Wat me zo sterk opviel was niet eens de ontzaglijke ouderwetsheid van die manier van opvoeden, maar vooral dat autoritair doen niet gepaard gaat met uitleg geven. Een verschil van mening tussen de kinderen en haar blijft dus waarschijnlijk voortbestaan, ook als de kinderen wel doen wat zij beveelt. (De problemen later in de puberteit voel je al aankomen.) Autoritair doen is dus een vorm van het verschuiven van problemen naar later. Een anarchistiese manier van met kinderen (van 0 tot 116 jaar) om gaan is natuurlijk anders. Ik denk dat daar 3 kanten aan kunnen zitten: niet bevelen, wel uitleg geven bij wat je vraagt of opmerkt, en discussie niet uit de weg gaan. Laat je die laatste 2 punten weg dan zit je al snel met vrijblijvendheid (een vorm van chaos) opgescheept. En dat noemde ik in stelling 12 liberalisties.
Het uiten van kritiek vind ik belangrijk, zie ondermeer stelling 13. Alleen wordt kritiek door heel wat mensen in deze streken als moralisties ervaren. Stelling 14: moralisme, als dat al bestaat, kan niet iets van anarchistiese mensen zijn. Want wanneer een ander kritiek levert, hoe belerend toontje ook aangeslagen moge worden, dan doet die kritiek je volstrekt niets als je er inhoudelijk niets interessants in ziet. En omgekeerd: als er inhoudelijk iets in kritiek zit dan kan je dat gewoon vrolijk op pakken. Waarom gaan zoveel mensen steigeren wanneer ze kritiek krijgen? Ik heb daar een eenvoudige tegendraadse mening over: in het geval dat mensen iets moralisties vinden is het zo dat ze de logika van de kritiek wel inzien (dat wil zeggen: het is dezelfde logika als ze in hun hoofd hebben) maar ze willen toch niets met de kritiek doen (dat wil zeggen: ze willen in feite bloot gelegde onlogika in hun hoofd zo laten liggen). Gevolg: ze voelen zich klem zitten; en ze geven de schuld daarvan aan degeen die kritiek levert. Omdat klem voelen zitten onvrij voelt denken ze dat de ander wil heersen of zoiets. Als je het mij vraagt is dat dus nogal onzinnig. Een wijze van denken die bij anarchistiese mensen niet voorkomt (althans niet voor heft te komen).
Ik denk dat er nu naar aanleiding van de chaos (met bijbehorende chaos van zijsporen) voorlopig genoeg gezegd is. Anarchistiese mensen hoeven niet chaoties te zijn, anarchistiese samenwerking hoeft niet door chaos onmogelijk gemaakt te worden, autoritaire oplossingen hoeven nooit. Diepgang is een mooi alternatief voor zowel chaos als autoritairheid.
Dan nu naar iets wat ik een misverstand vind, terwijl heel wat anarchistiese mensen dat merkwaardig van mij zullen vinden. Misverstand 4: anarchisme is een ethies isme, gebaseerd op het idee dat mensen in hun hart goed zijn. Ik denk dat het helemaal niet nodig is om te beweren dat mensen goed zijn. Of slecht. Je hebt voldoende aan: mensen hebben de mogelijkheden om alle kanten op te gaan. Ze hebben de mogelijkheid om anderen te treiteren, uit te zuigen of wat dan ook. Ze hebben de mogelijkheid om zichzelf op te offeren. Ze hebben echter ook de mogelijkheden om op naar mijn smaak aantrekkelijke manieren met elkaar en de wereld om te gaan. Let op dat woordje smaak!
Het is geen kwestie van kiezen voor het goede wanneer je streeft naar een anarchistiese wereld. Het is vaak alleen maar een kwestie van logika. Als je niet overheerst wilt worden dan doe je er goed (!) aan om zelf niet aan overheersing te doen, want je zou anderen eens op een idee brengen. Als je bepaalde ideen naar de maan zou willen zien vertrekken, en als je jouw ideen over de wereld verspreid wilt zien, dan doe je er goed aan om het stadium van de slogans te verlaten. En zo verder.
Zo doende zal het vaak lijken dat je aan het goede doet, maar toch blijf ik vol houden dat het niet het goede en wel het slimme is. Ook als dat slimme samenvalt met het in vele culturen gebruikelijk zijnde (of geweesde) wat je niet wilt dat jou geschiedt doe dat ook een ander niet. Wanneer je daarin het goede ziet dan doe je alsof het een soort gunst is dat je anderen niet treitert, want je zou immers wl kunnen treiteren. Het is mijns inziens echter geen gunst. Ik heb zelf geen zin om getreiterd te worden en dus ben ik zo goochem om geen getreiter uit te lokken. De eenvoudigste manier is dan om zo te leven dat een ander daarin voorgespiegeld wordt hoe het ook kan. Wellicht komen de anderen daardoor op een idee. In ieder geval komt er alvast een soort rust, logiese rust, in mijn eigen leven en dat is mooi meegenomen. Dat geeft me de tijd om meer na te denken over hoe de wereld anarchisties(er) te maken valt. Daarbij heb ik niets aan het pushen van een bepaald ethies denksysteem, want het idee dat mensen goed zouden zijn zie je dagelijks ontzenuwd worden.
Ook heb ik er niets aan om te beweren dat mensen vervreemd zijn. Daarmee zou ik mijn eigen ideen een algemene waarheid toedichten, en ik zie werkelijk geen enkele grond voor het nut van het doen alsof je de waarheid in pacht hebt. Bovendien schiet je er geen millimeter mee op wanneer anderen vervreemd zouden zijn, want de aard van de vervreemding is juist dat het ware niet gezien kan worden. Zeggen dat er vervreemding in het spel is helpt in zon geval niet. Probeer liever gewoon je kritiek op zoveel mogelijk manieren naar buiten te brengen, en wellicht vind je een manier die nog nooit geprobeerd is en die plots wel tot verandering blijkt te leiden. Iedere volgende poging is er eentje.
Misverstand 5: anarchisme is als ideaal heel leuk, maar het kan in de praktijk niet werken. Er kan van alles achter zitten, wanneer mensen met dit misverstand aan komen dragen. Iets in de trant van mensen hebben nu eenmaal regels nodig. Daarop antwoord ik: o, als jij regels nodig hebt dan wil ik ze wel even gratis voor je maken hoor. Of er zit iets achter in de trant van: er zullen altijd mensen zijn die dwars blijven liggen. Dan antwoord ik: hoor jij bij degenen die er hun schouders onder zetten om dat te voorkomen, of hoor je bij degenen die wat slapjes de boel de boel laten? Of er zit achter hoe moet het dan als jullie ineens de gevangenissen openen, de ekonomie op zn kop zetten, enzovoorts? Daarop antwoord ik: anarchistiese oplossingen werken voor anarchistiese mensen, dus ineens de gevangenissen openen kunnen we alleen in praktijk brengen als het bulkt van de anarchistiese mensen, anders zouden de niet-anarchistiese mensen het met geweld voorkomen; je vraag is dus een verkeerde.
Misverstand 6: anarchisme is per definitie tegendraads. Er zijn vast wel anarchistiese mensen die blijven steken in het alsmaar reageren op. Er zijn er die alsmaar afbraak, afbraak roepen. En er zijn er vast ook die menen dat ze moeten afsteken tegen de middelmaat. Maar naar mijn idee zit je dan nog steeds vast aan het bestaande, aan de middelmaat. Anarchisme is een stapeltje strevens voor hoe de wereld in de toekomst kan worden. Dat uitdiepen, er zoveel mogelijk alvast naar leven, dat maakt je in de ogen van de rest ongetwijfeld tegendraads, maar dat is niet hetzelfde als dat je zelf de middelmaat als maatstaf neemt om je tegen af te zetten.
En dan misverstand 7: anarchisme is moeilijk, is niet iets om vrolijk van te worden. Rond kijkend in anarchistiese kringen zou je dat soms wel zeggen. Ze zijn voornamelijk bezig met waar ze tgen zijn, en niet met waar ze vr zijn. Tegen van alles en nog wat zijn, dat ligt in deze wereld voor de hand, maar wanneer je je humeur daardoor laat verpesten dan is er iets loos. Dan laat je de anderen (de slechten, de vijand) als bonus bovenop hun vernielerij ook nog eens heersen over jouw humeur. Ik zou dat nooit pikken! Ik vind gewoon dat het bouwen aan een mooiere wereld, aan vrijheid, aan anarchie dus, een fraaie klus is waarvan ieder stapje me plezier doet. Ik zou natuurlijk graag zien dat het allemaal veel sneller ging, maar gaat het niet dan gaat het even niet. Dat ik met mijn streven bezig blijf, dat is waar het om gaat. Het vrolijke gezicht dat daarbij hoort, lijkt me de best mogelijke reclame voor anarchisme.
Misverstand 8: anarchistiese mensen zijn het nooit met elkaar eens. Ik denk alleen maar o als ik dat hoor. Het lijkt me heel gezond om je mening niet te veranderen als je daar geen aanleiding toe ziet. Geen verwatering, geen compromissen, enzovoorts. Maar daaruit volgt niet dat je je mening nooit verandert. Of dat veranderingsbereidheid iets beroerds zou zijn. Of dat het praten over meningsverschillen niet leuk zou kunnen zijn. Anarchisme bestaat nu eenmaal niet uit eenvoudig achterna te hollen dogmas. Anarchistiese mensen maken zich niet ondergeschikt aan De Lijn, De Groep, Het Front, Het Doel, dus zijn er verschillende meningen. Schoffel dat niet onder de grond.
Misverstand 9: anarchistiese mensen kunnen niet samenwerken. Weer past hier een o. Uit het vorige misverstand volgt hooguit dat anarchistiese mensen die het oneens zijn, dat die niet kunnen samenwerken.. Het lijkt me gezond om samenwerking achterwege te laten zolang je het niet eens bent! (Dat niet-anarchistiese mensen wel eens beweren dat er met anarchisten niet samen te werken valt, lijkt me vooral een uiting van dat zij ondergeschiktheid, meegaandheid, of zelfs slaafsheid verwachten.)
Dit boekje gaat tot nu toe vooral over wat anarchisme niet is. Slechts zijdelings komt het een en ander naar voren over wat anarchisme wel is, en wel kan zijn. Daar wil ik nu nog wat meer over schrijven.
Is anarchisme een isme dat net als liberalisme benadrukt dat het individu zo belangrijk is? Ik antwoord: neen. Is anarchisme dan een sosiale teorie? Ik antwoord wederom: neen! Bij beide neens heb ik mezelf als maatstaf genomen. Ik krijg een erg ongezellig gevoel van liberalisties getint geschrijf waarin alsmaar dat individu toch zo belangrijk geacht wordt. Tevens krijg ik een ongemakkelijk gevoel bij alles wat doet voorkomen dat de mens een schakeltje is in iets groters. Schaakstuk in de klassenstrijd, opkomend voor het vaderland, zich opofferend voor De Toekomst van De Mensheid, enzovoorts.
Is het niet tegenstrijdig om 2 maal neen te antwoorden? Ik kan maar 1 manier vinden om de tegenstrijdigheid te ontlopen, en dat verwoord ik in stelling 15: anarchisme streeft naar het helemaal opheffen van de tegenstelling tussen individueel en algemeen belang. Streeft dus naar het geheel overbodig maken van het woord belang. Ik gebruik mijn hersenen om doeleinden te bedenken en hoe ik die kan verwezenlijken. Het geeft natuurlijk een prettig gevoel wanneer zulk verwezenlijken slaagt. En het geeft, als het goed is, mij ook een gezellig gevoel wanneer anderen om me heen prettige gevoelens krijgen van het verwezenlijken van hun doelen. Wanneer ik mijn individuele hersenen als uitgangspunt neem koppel ik daar direkt aan dat andere hersenen een gelijke plek in de wereld in moeten kunnen nemen. (Wordt anarchisme daardoor meer dan het vrolijkste isme, het vrolijkheidsisme namelijk?)
Hoe zit het dan wanneer je een prettig gevoel krijgt van het verwezenlijken van bepaalde doeleinden terwijl tegelijk bij anderen daardoor onprettige gevoelens opgewekt worden? Moet je je ondergeschikt maken aan de eventuele grillen van degenen waarmee je het niet eens bent? Nee, zeg ik. Het moet echt voldoende zijn om te bekijken of jouw doeleinden tegelijk die van iedereen op de hele wereld zouden kunnen zijn. Als het verwezenlijken van jouw doelen dan geen bezwaren oplevert, dan is er niets mis met jouw individuele doelen. (Uitbuiting, steeds meer eigen bezit willen hebben, rente vragen, de lucht vervuilen, dat zijn van die dingen die onmogelijk kunnen als iedereen ze tegelijk in praktijk tracht te brengen. Ekologie en ethiek zijn volgens mij dus ingebakken in het bovenstaande.)
Het samenvallen van individueel en algemeen belang hoeft helemaal niet te leiden tot allemaal gelijke mensen. Smaakverschillen kunnen volop aanwezig zijn. Maar daaruit volgt niet dat smaken uitleven onder de neus van anderen prima zou zijn. Bij zoiets als roken is dat heel duidelijk: het verwezenlijken van dat merkwaardige rokersdoeleind kan niet tegelijkertijd met het verwezenlijken van het frisse-lucht-doeleind van degenen die chemicalin niet willen laten heersen over hun denken en voelen. Zonder iets te vragen roken in het bijzijn van anderen kan volgens mij dus nooit anarchisties gedrag zijn. (Het begint trouwens wat dit betreft wat beter te gaan in de beweging.) Een ander voorbeeld is saxofoon spelen. Ik vind het maar niks dat de huizenbouw zo is dat je je akoesties niet kunt terugtrekken, dat je anderen ongevraagd met jouw geluiden opzadelt. In een anarchisties dorp zou ik dat heel anders willen.
Dan tot slot vat ik in twee stellingen samen waar volgens mij het streven naar anarchisme op berust, en waarom ik er zon zin in heb.
Stelling 16: anarchisme wil dat individuen zich geheel kunnen ontplooien, dat mensen slechts op vrijwillige wijze samenwerken, en dat voor alle handelingen geldt dat ze door iedereen tegelijkertijd en durend gedaan kunnen worden. Het lijkt mij dat deze stelling presies genoeg bevat voor de sociale logika die anarchie oplevert. Meer woorden, laat staan gezwollen woorden, heb je niet nodig.
Stelling 17: in de geschiedenis kan je zien dat kennis groeit, dat kennis verspreid wordt en dat mensen aan de hand van nieuwe kennis hun gedrag veranderen; niet altijd in een prettige richting, maar toch ook vaak wel; sommige ontwikkelingen wijzen erop dat uiteindelijk anarchisme het aantrekkelijkst gevonden zal gaan worden. Dat is een hele boude. En toch denk ik het. Vroeger was er strijd tussen Hilversum en Naarden, of probeerden Holland en Gelderland samen Utrecht van de kaart te vegen (nog te zien aan de huidige grenzen van de provincie Utrecht). Dat vinden we nu nogal onvoorstelbaar, en het kan (maar hoeft niet) dat er op die lijn verder gedacht wordt, totdat uiteindelijk overal het soort vrede is als nu tussen Hilversum en Naarden. Of dat grenzen overal zo onmerkbaar zijn als tussen Utrecht en Gelderland. Kwestie van je neus voorbij kijken.
Iets dergelijks geldt voor de vervuiling of voor nog andere problemen. Het is steeds een soort kortzichtigheid die maakt dat de boel niet best draait. Maar kortzichtigheid neemt af met het toenemen van (sommige) kennis. Vijftig jaar geleden rookten bijna alle mannen, en zomaar zonder dwang is dat al een heel eind verbeterd. Kennis kan doordringen. Dus...? Tijd voor de anarchie!


Hier worden nog even alle stellingen en misverstanden herhaald., voor het geval dat je ze wilt copiren of er iets anders mee wilt doen. Hoewel het natuurlijk niet alle mogelijke stellingen en misverstanden zijn,
stelling 1: praten over het anarchisme kan niet.
stelling 2: anarchisme beweert dat het mogelijk is dat iedereen bepaalt wat iedereen doet.
stelling 3: bij het opsommen van de voordelen van de demokratie gaat het altijd om het vergelijken van demokratie en dictatuur.
stelling 4: alle voordelen van de demokratie spreken natuurlijk in het voordeel van alles wat beter is dan dictatuur.
stelling 5: iets kan blijkbaar al een demokratie genoemd worden wanneer een fors deel van het leven, het bedrijfsleven bijvoorbeeld, niet-demokraties ingericht is, wanneer er dus nog allerlei trekken van dictatuur aanwezig zijn.
stelling 6: in demokratien hebben alle besluiten altijd iets middelmatigs.
stelling 7: het kan zo zijn dat mensen het grootste deel van de tijd anarchisties zijn, maar op het moment dat ze een bom gooien zijn ze niet anarchisties bezig.
stelling 8: anarchisme heeft geen manieren om een dam op te werpen tegen fascistiese schrijfsels en heeft geen manieren om superklieren tegen te houden. stelling 9: uit dat anarchisme geen oplossing heeft voor alles volgt niet dat alles van anarchisme geen oplossing is.
stelling 10: waar strijdige meningen naast elkaar liggen kan gemakkelijk chaos ontstaan.
stelling 11: waar anarchisme en chaos hand in hand gaan is er sprake van een variant van de apathie die veel niet-anarchistiese mensen kenmerkt.
stelling 12: meningen gewoon naast elkaar laten liggen heeft eerder iets met liberalisme dan met anarchisme te maken.
stelling 13: kritiek de wereld in sturen is de enige manier die anarchistiese mensen hebben om uitwassen als fascisme aan te pakken.
stelling 14: moralisme, als dat al bestaat, kan niet iets van anarchistiese mensen zijn.
stelling 15: anarchisme streeft naar het helemaal opheffen van de tegenstelling tussen individueel en algemeen belang.
stelling 16: anarchisme wil dat individuen zich geheel kunnen ontplooien, dat mensen slechts op vrijwillige wijze samenwerken, en dat voor alle handelingen geldt dat ze door iedereen tegelijkertijd en durend gedaan kunnen worden.
stelling 17: in de geschiedenis kan je zien dat kennis groeit, dat kennis verspreid wordt en dat mensen aan de hand van nieuwe kennis hun gedrag veranderen; niet altijd in een prettige richting, maar toch ook vaak wel; sommige ontwikkelingen wijzen erop dat uiteindelijk anarchisme het aantrekkelijkst gevonden zal gaan worden.
misverstand 1: anarchisten zijn bommengooiers.
misverstand 2: activisme is anarchisme.
misverstand 3: anarchie is chaos, anarchisten zijn chaoten.
misverstand 4: anarchisme is een ethies isme, gebaseerd op het idee dat mensen in hun hart goed zijn.
misverstand 5: anarchisme is als ideaal heel leuk, maar het kan in de praktijk niet werken.
misverstand 6: anarchisme is per definitie tegendraads.
misverstand 7: anarchisme is moeilijk, is niet iets om vrolijk van te worden.
misverstand 8: anarchistiese mensen zijn het nooit met elkaar eens.
misverstand 9: anarchistiese mensen kunnen niet samenwerken. 


 

Terug naar homepage Atalanta